Wie kent het niet, het veelkoppige monster dat uitstelgedrag heet?

Uitstelgedrag wordt ook wel aangeduid met het mooie woord procrastinatie. Dat klinkt een stuk chiquer dan een beetje rondlummelen als je geen zin hebt in de taak die je moet of wilt doen, maar het komt op hetzelfde neer. Ikzelf heb er gelukkig totaal geen last van, vandaar dat toen ik wilde beginnen met het schrijven van deze blog, ik ineens bedacht dat ik éérst nog een hoofdstuk uit mijn favoriete boek moest lezen, de mezenbolletjes in de tuin moest aanvullen, hoognodig een vriendin moest appen, een paar filmpjes op Youtube wilde bekijken, en toen nog een paar en nog een paar…

Waarom stellen we dingen uit?

Van een afstandje bekeken is uitstelgedrag eigenlijk een wonderlijk verschijnsel. Wikipedia zegt erover: “Uitstelgedrag is het uitstellen van taken die men eigenlijk wil of moet doen en waarbij men weet dat het uitstel waarschijnlijk niet goed is en tot moeilijkheden of extra stress zal leiden. Daarom wordt dit soms ook irrationeel uitstel genoemd.”  Ok, dus we weten heel goed dat het uitstellen van wat op ons bordje ligt niet verstandig is en het levert ook nog stress op. Waarom doen we het dan toch? En wat is de trigger die het irrationele, onverstandige gedrag “aan” zet?

Naar die vraag is een hoop onderzoek gedaan. Daaruit komt naar voren dat iedereen zo zijn of haar eigen redenen heeft om to-do’s uit te stellen. Wel zijn er een aantal veel voorkomende oorzaken voor uitstelgedrag aan te wijzen, zoals gebrek aan zelfvertrouwen of perfectionisme. Het is het stemmetje in ons hoofd, dat ons influistert dat de taak die voor ons ligt te moeilijk voor ons is. We moeten er teveel energie in steken om het goed voor elkaar te krijgen. En grote kans dat het niet lukt, en dan zullen we falen. En als we falen, worden we afgewezen…

Liever kleine pijn dan grote pijn

Ons brein heeft een geweldig mechanisme paraat om ons tegen de pijn van het falen en de afwijzing te beschermen. Zodra we iets moeten doen dat echt iets vraagt van onze competenties, leidt het ons af, en stuurt het ons in de richting van een niet-bedreigende taak, eentje waarbij succes of falen geen rol speelt. Ook al weten we wel dat onze to-do daarmee niet in rook opgaat of dat de deadline steeds dichterbij komt, de verleiding om toe te geven aan het uitstelgedrag is zó groot dat we de stress die het oplevert voor lief nemen. We ruilen de grotere pijn van het risico op falen in voor de kleinere van de uitstelstress.

Uitstelgedrag komt heel veel voor en kan in sommige gevallen mensen echt in een neerwaartse spiraal brengen, waarbij de angst voor falen alsmaar toeneemt en het uitstellen uitmondt in totale apathie. Toch heeft lang niet iedereen er evenveel last van. Hoe komt het, dat de één een hardnekkige uitsteller is, terwijl de ander de mouwen opstroopt en aan de gang gaat?

Vaste mindset of groeimindset

Carol Dweck, die een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan de positieve psychologie met haar onderzoek naar mindsets, reikt een antwoord aan op die vraag. Met een vaste (fixed) mindset ben je bang om dom over te komen of te falen – en dan ligt uitstellen op de loer. Met een groeimindset (growth mindset) durf je stappen te zetten en zie je elke uitdaging als een mogelijkheid om te leren. En dus pak je de koe bij de horens en ga je aan de slag met je to-do.

Onder de link bij dit artikel vind je een mooi filmpje, Engels gesproken met Nederlands bijschrift, waar je in 10 minuten meer te weten komt over hoe onze vaste danwel groeimindsets ontstaan, al in onze jeugd. Dat inzicht geeft je de mogelijkheid om vanuit je huidige volwassen perspectief een klein stukje zelfonderzoek te doen naar jouw mindset. Als je meer tot de uitstellers behoort dan tot de aanpakkers, kan het zijn dat je neigt naar een vaste mindset. Mocht dat zo zijn, geen nood: je kunt altijd alsnog een groeimindset ontwikkelen. Je kunt daar vandaag mee beginnen. Of morgen natuurlijk, of als je het over een tijdje wat minder druk hebt, of na de voorjaarsschoonmaak….

Auteur: Mieke Kissing